Extra inzicht in gevaarlijke stoffen: PGS 37-1 & PGS 37-2

Milieu

November 2024
De PGS 37-1 en 37-2 zijn cruciale richtlijnen voor de veilige opslag en behandeling van gevaarlijke stoffen in Nederland. Deze richtlijnen zijn ontworpen om de risico’s voor mens en milieu te minimaliseren. Ze bieden een kader voor bedrijven om aan de wettelijke eisen te voldoen. In dit artikel gaan we dieper in op de belangrijkste aspecten van de PGS 37-1 en de PGS 37-2.

PGS 37-1
Energieopslagsystemen (EOS) met lithiumhoudende energiedragers


Focus op het complete systeem
PGS 37-1 is specifiek ontworpen voor energieopslagsystemen (afkorting: EOS) die lithium houdende energiedragers gebruiken. Dit omvat niet alleen de batterijen zelf, maar ook alle randapparatuur en het batterijmanagementsysteem (BMS). Of het nu gaat om een nieuw systeem, een gebruikt systeem of een systeem dat klaar is voor ontmanteling, PGS 37-1 is van toepassing.

Veiligheid voorop, van begin tot eind
De richtlijn is erop gericht om de veiligheid te waarborgen gedurende de volledige levenscyclus van het EOS-systeem. Dit betekent dat er rekening wordt gehouden met mogelijke gevaren tijdens normaal gebruik, maar ook tijdens storingen en calamiteiten. Denk hierbij aan scenario’s zoals brand, explosies, het vrijkomen van gevaarlijke stoffen en escalatie van incidenten naar de omgeving.

Doelen
Om de veiligheid te garanderen, formuleert PGS 37-1 concrete doelen. Enkele voorbeelden hiervan zijn:

  • Zorgen voor een veilig EOS en veilige energiedragers: Vanaf het begin moet er worden voldaan aan de minimale veiligheidseisen voor zowel het EOS-systeem als de gebruikte lithiumhoudende energiedragers
  • Voorkomen van escalatie: Maatregelen moeten ervoor zorgen dat een calamiteit, of die nu binnen of buiten het EOS plaatsvindt, niet escaleert en tot grotere problemen leidt.
  • Adequaat handelen bij calamiteiten: Er moeten duidelijke procedures zijn om adequaat te handelen bij calamiteiten en noodsituaties. Dit omvat onder andere de training van personeel en de aanwezigheid van noodplannen.

Maatregelen
Om bovenstaande doelen te realiseren, beschrijft PGS 37-1 een breed scala aan technische en organisatorische maatregelen.
Enkele voorbeelden van technische maatregelen zijn:

  • Monitoring: Continue monitoring van het EOS om afwijkingen te detecteren en tijdig in te grijpen.
  • Noodstop: Een noodstopvoorziening om het systeem in noodsituaties direct af te kunnen schakelen.
  • Veiligheidsafstanden: Het aanhouden van minimale afstanden tussen het EOS en andere objecten, of het toepassen van brandwerende scheidingen, om escalatie te voorkomen.
  • Aanrijdbeveiliging: Bescherming van het EOS tegen mogelijke aanrijdingen door voertuigen of andere objecten.
  • Brandwerendheid: Het gebruik van brandwerende materialen en constructies om de verspreiding van brand te beperken.
  • Ventilatie: Het waarborgen van voldoende ventilatie om oververhitting te voorkomen en rookgassen af te voeren.
  • Bluswatervoorziening: Aanwezigheid van voldoende bluswater om een brand te kunnen bestrijden.

Naast de technische maatregelen, zijn er ook belangrijke organisatorische maatregelen die in PGS 37-1 aan bod komen, zoals:

  • Procedures voor beschadigde energiedragers: Duidelijke procedures voor het omgaan met beschadigde lithiumhoudende energiedragers.
  • Instructie van personeel: Het trainen van personeel in de veilige omgang met EOS-systemen en het handelen bij calamiteiten.
  • Noodplannen: Het opstellen en oefenen van noodplannen om adequaat te kunnen reageren op noodsituaties.
  • Documentatie: Het bijhouden van documentatie over het EOS-systeem, inclusief inspectierapporten, onderhoudslogboeken en risicoanalyses.

 

Toepassing en implementatie

Gelijkwaardige maatregelen
Zowel PGS 37-1 als PGS 37-2 staan open voor het toepassen van gelijkwaardige maatregelen. Dit betekent dat bedrijven alternatieve oplossingen kunnen aandragen die hetzelfde niveau van veiligheid garanderen als de voorgeschreven maatregelen. Het is echter wel essentieel om de gelijkwaardigheid van deze alternatieven te kunnen aantonen aan het bevoegd gezag.

Implementatietermijnen
PGS 37-1 en PGS 37-2 bevatten beiden implementatietermijnen voor bestaande situaties. Dit geeft bedrijven de tijd om de benodigde aanpassingen te doen om te voldoen aan de nieuwe eisen. De termijnen variëren afhankelijk van de complexiteit van de maatregel en het risiconiveau.

Conclusie
De PGS-richtlijnen 37-1 en 37-2 zijn essentiële documenten voor bedrijven die werken met lithiumhoudende energiedragers. Ze bieden een uitgebreid kader voor het waarborgen van de veiligheid tijdens de opslag en het gebruik van deze energiedragers. Hoewel ze nog niet officieel zijn opgenomen als Nederlandse BBT, worden ze wel al actief toegepast door vergunningverleners. Bedrijven doen er daarom goed aan om deze richtlijnen te bestuderen en te implementeren om te voldoen aan de geldende wet- en regelgeving en de veiligheid van hun medewerkers en de omgeving te garanderen. Uiteraard staan specialisten van SPA WNP u graag bij, bij het implementeren van PGS 37-1 en 37-2.

PGS 37-2
Opslag van lithiumhoudende energiedragers


Bredere focus op alle soorten opslag
In tegenstelling tot PGS 37-1, richt PGS 37-2 zich op alle vormen van opslag van lithiumhoudende energiedragers die geen deel uitmaken van een EOS-systeem. Dit omvat de opslag van nieuwe batterijen, gebruikte batterijen, beschadigde batterijen en batterijen die bestemd zijn voor recycling.

Veilig opslaan, waar dan ook
De nadruk ligt op de fysieke opslag van de energiedragers en het creëren van een veilige omgeving. PGS 37-2 behandelt verschillende soorten opslagvoorzieningen, zoals magazijnen, showrooms en buitenopslag. Er wordt rekening gehouden met diverse ‘typicals’, die verschillende configuraties en risico’s vertegenwoordigen.

Doelen
De richtlijn stelt duidelijke doelen om de risico’s van de opslag van lithiumhoudende energiedragers te beperken. Enkele voorbeelden hiervan zijn:

  • Juiste opslagmethode: Energiedragers moeten op de juiste wijze worden opgeslagen, rekening houdend met hun aard (nieuw, gebruikt, beschadigd) en status (stabiel of instabiel).
  • Voorkomen van brandescalatie: Maatregelen moeten ervoor zorgen dat een brand in een energiedrager niet escaleert en zich niet verspreidt naar andere energiedragers of de omgeving.
  • Beheersen van lekkages: Er moeten procedures zijn om lekkages van elektrolyt of andere gevaarlijke stoffen te voorkomen en te beheersen.

Maatregelen
Om deze doelen te bereiken, beschrijft PGS 37-2 een breed scala aan technische en organisatorische maatregelen, vergelijkbaar met PGS 37-1.
Technische maatregelen in de PGS 37-2 zijn onder andere:

  • Brandwerendheid: Het toepassen van brandwerende materialen en constructies voor de opslagvoorziening.
  • Ventilatie: Voldoende ventilatie in de opslagruimte om oververhitting te voorkomen en rookgassen af te voeren.
  • Blusvoorzieningen: Aanwezigheid van adequate blusvoorzieningen, zoals sprinklers, blussers en brandblusinstallaties.
  • Detectiesystemen: Het installeren van branddetectiesystemen om brand in een vroeg stadium te detecteren en te melden.
  • Veiligheidsafstanden: Het aanhouden van veilige afstanden tussen de opgeslagen energiedragers en andere objecten, of het toepassen van brandwerende scheidingen.
  • Aanrijdbeveiliging: Bescherming van de opslagvoorziening tegen aanrijdingen door voertuigen of andere objecten.

De organisatorische maatregelen die in PGS 37-2 worden beschreven, zijn onder andere:

  • Procedures voor opslag: Duidelijke procedures voor de opslag van lithiumhoudende energiedragers, rekening houdend met de verschillende types en hun status.
  • Instructie van personeel: Het trainen van personeel in de veilige omgang met lithiumhoudende energiedragers, het herkennen van gevaren en het handelen bij incidenten.
  • Noodplannen: Het opstellen en oefenen van noodplannen om adequaat te kunnen reageren op noodsituaties.
  • Documentatie: Het bijhouden van documentatie over de opgeslagen energiedragers, inclusief veiligheidsinformatiebladen, inspectierapporten en instructies.

Is het verplicht te voldoen aan eisen uit PGS 37-1 en PGS 37-2?

Hoewel PGS 37-1 en PGS 37-2 nog niet officieel zijn opgenomen als Nederlandse Beste Beschikbare Techniek (BBT) in de omgevingsregeling, wordt de richtlijn wel al actief gebruikt door vergunningverleners bij de beoordeling van vergunningsaanvragen. Dit betekent dat bedrijven die met EOS-systemen werken, rekening moeten houden met de eisen in PGS 37-1 om te voldoen aan de vergunningsvoorwaarden.

Voor bedrijven die werken met lithiumhoudende energiedragers zijn deze PGS-richtlijnen essentieel, want ze worden actief gebruikt door vergunningverleners

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Wilt u
meer weten?

Onze collega’s helpen u
graag verder.

Jochem Boschloo

Adviseur

Esther de Hamer

Adviseur

Lilyana Bakker-Sunarto

Adviseur

Sebastian Hahn

Specialist milieuaspecten