Twee jaar Omgevingswet: meer verantwoordelijkheid voor bedrijven
Milieu

Eén van de uitgangspunten van de Omgevingswet is om zoveel mogelijk activiteiten te regelen met algemene regels. Dat betekent dat in bepaalde situaties geen vergunning meer hoeft te worden aangevraagd, maar dat een initiatiefnemer moet voldoen aan algemene regels. Het is aan deze initiatiefnemer (burger, bedrijf of overheid) om aan te tonen dat wordt voldaan aan algemene regels. Dat vraagt kennis van de algemene regels en bovendien een adequate registratie en administratie. Bedrijven moeten op verzoek immers wel kunnen aantonen dat aan deze regels wordt voldaan. Dit kan uiteraard ook in combinatie met activiteiten waar wel een vergunningsplicht voor geldt.
Er zijn veel plekken waar algemene regels te vinden zijn. In het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) staan de algemene regels voor verschillende activiteiten. In het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) staan de algemene regels speciaal gericht op het bouwen. Daarnaast zijn er tal van algemene regels te vinden bij decentrale overheden. Denk daarbij bijvoorbeeld aan het omgevingsplan voor de gemeentelijke regels, de omgevingsverordening voor provinciale algemene regels of een waterschapsverordening. Zelfs op Europees niveau zijn in de vele verordeningen algemene regels te vinden. Bijvoorbeeld de in REACH-verordening inzake registratie en beoordeling van chemische stoffen.
Soms deels vergunningsplichtig
Over het algemeen geldt dat activiteiten met een grotere milieu-impact vergunningsplichtig zijn. De activiteit met de meeste milieu-impact wordt de hoofd milieubelastende activiteit (MBA) genoemd. Deze activiteit vormt de kern van de milieubeoordeling en -regulering van het bedrijf. Daarnaast kunnen er echter ook andere MBA’s van toepassing zijn op hetzelfde bedrijf. Een voorbeeld is het produceren van asfalt als hoofd MBA. Daaraan gekoppelde MBA’s zijn bijvoorbeeld: opslag van gevaarlijke stoffen, afvalwaterlozingen en/of de productie van geluid. Het is echter niet gezegd dat alle gekoppelde MBA’s ook vergunningplichtig zijn. Sommige zijn misschien meldingsplichtig of kennen alleen algemene regels, denk aan bijvoorbeeld een zorgplicht. Ook hier is het dus van groot belang om precies scherp te hebben wat vergunningsplichtig is en op welke delen andere regels van toepassing zijn.
Check omgevingsplan
Een belangrijk besluit dat met de inwerkingtreding van de Omgevingswet is komen te vervallen is het activiteitenbesluit milieubeheer. Dit besluit is opgegaan in het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) en in het omgevingsplan. In het omgevingsplan staan voornamelijk milieuaspecten beschreven die voor een specifieke locatie van belang zijn. Het Bal richt zich op de ‘zwaardere’ milieu categorieën waarvoor locatie onafhankelijke regels gelden. Ook dit zorgt ervoor dat het helemaal casus-afhankelijk is of de regels van de bruidsschat gelden, en/of de regels van het Bal. Wat hierbij ook een belangrijk aandachtspunt is dat de bruidsschat –welke integraal door elke gemeente verplicht is opgenomen in het omgevingsplan– inmiddels op enkele punten is gewijzigd. Deze wijzigingen staan echter niet altijd in het in het omgevingsplan als de gemeente deze wijzigingen niet heeft doorgevoerd. Het is daarom altijd verstandig om voor het raadplegen van de bruidsschat niet alleen het omgevingsplan te gebruiken, maar ook altijd even naar de wijzigingen te kijken.
Alles overziend ligt er in toenemende mate meer verantwoordelijkheid bij bedrijven die zelf in beeld moeten hebben welke regels van toepassing zijn en zelf moeten kunnen aantonen dat wordt voldaan. Deze puzzel zal in de komende jaren nog best wat vragen oproepen. Ook het ontbreken van jurisprudentie op dit vlak maakt dat hier ook nog best wat onduidelijkheid bestaat. Dat zou geen reden moeten zijn om geen actie te ondernemen. SPA WNP staat u graag bij om dergelijke trajecten op te pakken.
Wilt u
meer weten?
Onze collega’s helpen u
graag verder.

